Kun je iets leren door ernaar te kijken?
Ja. Mis. Prof, hoe kan ik nou beter worden in een bepaalde skill? Gewoon oefenen. Ja, maar zonder dat het al te veel moeite kost. Probeer er eens flink aan te denken vanuit je luie stoel. Zou dat werken? Geen idee. Ja, ik denk het wel. Testen? Testen. Goed idee. Ja, goed dat jullie er zijn jongens, we gaan zodadelijk een reactiesnelheidtestje doen. Dus jullie mogen uit de lucht vallende komkommers gaan choppen met dit ninjazwaard. We gaan jullie inzetten om verschillende manieren van skills trainen te testen. Maar voordat het zover is, gaan we eerst een uitgebreide nulmeting doen. Dus dat houdt in dat we gaan kijken wat jullie reactiesnelheid is voordat jullie getraind hebben. Job, ben jij klaar voor zes komkommers? Jazeker. Oké, let's go! Oh! Ah mis. 3 mis, 1 raak. Hatsee! Mis Ja, nou ja. Maar goed, is op zich prima score. Twee raak. Daan ben jij er klaar voor? Zeker. Dan komt jouw groente nou naar beneden. Mooi! Zo! Die was raak. Oh die ook. Die ook. Ah jammer. Oh. Oh, kom op. Mis. Nou. Toch een score van twee komkommers. Zelfde als je broer. Ja goed jongens, dit was de nulmeting. Maar de echte test gaat eigenlijk nu pas beginnen, want de komende weken gaan jullie trainen.
Inderdaad. Job, team Blauw. Jij krijgt zo meteen dit mes mee en een flinke zak met komkommers. En de bedoeling is dat jij iedere dag 15 minuten lang jouw reactievermogen gaat trainen. Nice. Daan team rood, jij gaat ook 15 minuten per dag oefenen, maar dan door je in te beelden dat je met een groot mes allemaal vliegende komkommers doormidden hakt. Maar je raakt geen mes aan. En dan ben ik benieuwd hoe jullie score er over een aantal weken uitziet. Succes! Top. Naast Job en Daan hebben we nog twee eeneiige tweelingen uitgenodigd. Ook zij doen eerst een nulmeting. De dames moeten gewichtheffen en de heren gaan boogschieten. Wow, maar dat is ook knap. De nulmetingen zitten erop. Tijd om zowel geestelijk als lichamelijk te trainen. Ik zie voor me dat ik dat mes in mijn handen heb en daarboven al die komkommers staan te bungelen en dat je gewoon die, die raken, allemaal. En ja, ik ga er wel vanuit dat ik er zeker ook wel vijf waar kan slaan. Toen ik hoorde dat ik wel echt moest gaan trainen was ik wel een beetje jaloers natuurlijk, want zat ik lekker te trainen en hoefde zij alleen maar eraan te denken. Dus ja. Ik had best wel veel last van concentratieproblemen had. Ik vond het moeilijk om me ergens goed op te kunnen focussen en ik had echt totaal geen idee of het nou echt ging werken. Je laat hem echt bijna op m'n kop vallen. Jongens, welkom terug. Ja. Het is tijd voor deel twee van de test. Zijn jullie er klaar voor? Zeker. Mooi. Allereerst team Blauw, Job. Je hebt geoefend met een echt mes. Heb je alle tien de vingers nog? Zeker. Kijk, goed gedaan. Hoe is het gegaan? Ja, ging goed. Ik heb wel vertrouwen in dat ik er nu meer raak. Heel mooi. Ben jij er klaar voor Job? Zeker. Dan doen we wat je de afgelopen weken thuis hebt geoefend: komkommers hakken. Één. Twee. Maak drie. Vier. Ah da's jammer. Pak die laatste. Waanzinnig. Wauw, wat een verbetering ook. We gaan eerst kijken hoe het bij de andere tweelingen gaat. Hoeveel vooruitgang hebben ze geboekt door thuis vier weken lang keihard te trainen? Dat is één, heel goed. Twee. Drie. Kom op, blijf ademen. Vier Holy moly. Vijf. Zo zes. Kan je er nog een denk je? Ik pak hem van je over. Dat is echt waanzinnig goed, dat is meer dan twee keer zoveel. Wauw, wat goed man! Ook bij de pijl en boogschieters zien we vooruitgang. Poging één. Bij de broer die getraind heeft door echt te schieten. Hatsee. Focus. Goed kijken. Rustig. Zo, die vloog soort van ernaast. Rustig aan, goed kijken. Nice, weer raak. Rust. Nice. Lekker man. Kijk, dat bedoel ik. Vier van de vijf raak. Daan, Team Rood. Je hebt elke dag 15 minuten moeten inbeelden dat je komkommers doormidden hakte. Hoe was dat? Ja, dat was best een lastig op een gegeven moment. Ja? 15 minuten is best lang natuurlijk en dat de hele tijd aan komkommers denken is ook best pittig, maar ik denk dat het ook goed moet komen. Ik ben benieuwd! Ik ben ook superbenieuwd. Ik ook! We gaan aan de slag! Daan, let's go! Hatsee. Eén. Twee. Oké. Oh jammer. Pak hem. Drie! Heel goed. Zo vier. Kom op! Bijna! Score van vier. Vier van de zes. Is toch ook een vooruitgang hoor. Goed gedaan, jongens! Dank je wel! We checken ook de tweelingzus die alleen maar aan gewichtheffen heeft gedacht. Is één Heel goed. Twee drie. Ja, één keertje. Zou het lukken? Ja, probeer het. Nee! Nou ja, dat is dan vijf. Maar vijf, dat zijn er nog altijd twee meer dan drie. Supergoed hoor! Ja, en dat zonder lichamelijk te trainen. Ik vind dat echt knap hoor. Ook bij de pijl en boogschieters zien we vooruitgang bij de broer die alleen maar aan schieten in de roos heeft gedacht. Kijk, hatsee. Wauw raak! Wow! Heel mooi. Zeven+6+1, veertien punten. Netjes hoor. En dat door alleen maar thuis aan pijl en boogschieten te denken. Ik vind het toch knap. Tijdens het visualiseren gebeurt er van alles in je brein. Eigenlijk kijk je een zelfverzonnen film af waarin je bijvoorbeeld met gemak 150 komkommers doorhakt of een pijl vol in de roos schiet. En voor je hersenen is het verschil tussen de beelden die jij verzint en de gebeurtenis in de werkelijkheid niet zo groot. Als je gewichten optilt, dan schiet er een signaal vanuit je brein razendsnel naar je spieren. Hoe efficiënter het signaal wordt verstuurd, hoe krachtiger en sneller de spier samentrekt. Dit signaal kun je natuurlijk trainen door echt te oefenen, maar dus ook door het in te beelden. Eigenlijk houd je je hersenen hiermee een beetje voor de gek. De signalen worden hierdoor krachtiger en de prestaties verbeteren. Ook topsporters zoals Max Verstappen doen het om nog beter te worden. Hij racet thuis vanuit zijn luie stoel keihard over het Formule1-parcours. Dus dor alleen al na te denken kun je gewoon beter worden in bepaalde dingen. Ja, maar of het nou echt leuker of makkelijker is dan echt trainen, dat weet ik niet hoor. Maar het kan dus wel. Precies.