De reptielenopvang
Walter! He goeiedag. Wat veel dieren heb je hier zeg! Niet normaal. Hoeveel zitten er ? Honderden. En je hebt hier dieren die op Schiphol worden gevonden toch? Ja. Die mensen meenemen in hun bagage, smokkelwaar. Maar ook dieren die bij particulieren voor problemen hebben gezorgd. Als jij gebeten bent kun je je voorstellen dat je partner zegt; jij eruit of die dieren eruit. En dan zit jij ermee. Steeds meer mensen willen een reptiel of een amfibie als huisdier. Maar zijn ze daarvoor eigenlijk wel geschikt? Walter laat zien dat het een heel karwei is om ze te houden. Dit is een ratelslang, die is giftig. Die kan dodelijk zijn. Wat is dat bij zijn staart? Dat is die ratel, daar maakt ie dat geluid mee. Om te waarschuwen. En ik zie hier ook vel liggen, is e aan het vervellen? Ja, ze vervellen regelmatig. Ik heb hier nog een vervelling liggen. Whoo. Wij nemen dit slangenhemd. En net zoals kinderen, die hebben regelmatig nieuwe kleren nodig en een slang groeit letterlijk uit zijn hemd. De ogen van een slang vervellen ook. Een vervellende bril. Echt cool. Dit is best een dun velletje, hebben die slangen het niet heel erg koud? Grappig dat je die vraag stelt, het zijn echt koudbloedige dieren. Ze zijn afhankelijk van de omgevingstemperratuur. Ze kunnen niet zoals wij van binnenuit warmte opwekken. Koudbloedig betekent dat je zo warm bent als je omgeving. Ja, dat betekent ook dat je terrarium het juiste klimaat moet hebben. Dus als ik zo’n reptiel als huisdier wil kan ik hem niet zomaar in mijn achtertuin houden want dat is veel te koud in de winter. Dus ik moet in ieder geval een warm hok hebben. Ja en een afgesloten hok. Dat ie niet kan ontsnappen.
Een krokodilletje. Een varaan. Stout geweest, heeft zijn baas gebeten en die wou hem toen niet meer. Zoveel schilpadden hier. Ja, een heleboel en ik geloof dat er nog meer komen want ze zijn druk aan het paren. Kleine liefdesdaad. Misschien moeten we ze een klein beetje privacy geven. Dan gaan we hier naar buiten. Hier een hele grote hagedis, die lijkt wel boos. Hij ruikt met zijn tong. Hij probeert je te ruiken. Whoo. Ik schrik de hele tijd hier. Wat is dit> Dat is een krokodil! Oh, hij komt uit he twater. Ik denk dat dit ook niet per se iets is om mee te beginnen als huisdier. Nee, sowieso niet. Van alle krokodillen zijn er misschien maar twee geschikt als huisdier omdat die klein blijven. En alle anderen worden veel en veel te groot. Wat gebeurt er nou als ik mijn vinger door het gaas steek? Dan raak je je vinger kwijt. Omdat ie hongerig is en gevoerd wil worden. Is er wel eens een ontsnapt? Nee, nou als je bezig bent vergeet je wel eens het hok dicht te zetten en dan loopt ie ineens achter je. Alle hekken zitten dicht toch? Ja. Hier hebben we een alligatorschildpad. Die kan in een keer je vinger eraf bijten. Ik zal even zijn bek tonen. Zo, wat een joekel. Jeetje. Is dat niet heel gevaarlijk dit? Zolang je maar uit de buurt van die bek blijft is er niks aan de hand. Hij kan je vinger eraf bijten? Ja, nog wel meer dan je vinger. Laten we snel doorgaan. Is het niet veel beter om ze gewoon in de natuur te laten? Dat is altijd het beste. Maar als ze eenmaal hier zijn moet je er ook goed voor zorgen, dat je erover moet gaan lezen en misschien examen doen.
Examenonderdeel 1. Hier hebben we nog wat rattenslangen. Goed opletten, ik doe het namelijk maar een keer voor en dan mogen jullie het zelf doen. NU zijn ze los! Hij komt naar buiten! Een muis. Een hamster. En dan zie je al dat ie eropaf gaat. Nou, dat was het! Nee! Dat…ik weet niet of ik dit durf. En die doe je dan in de ton. Hij is alleen maar bezig met die muis. Deksel erop. Tuurlijk. Waarom moeten die slangen in een ton? Slangen kunnen heel soms elkaar opeten vooral als het naar muis of ander knaagdier ruikt. Ga maar. Dichterbij. Nog dichterbij. Hoppa. Goed gedaan jongen! Oh. Ik heb goed nieuws, jullie zijn namelijk geslaagd, voor dit onderdeel! Er is nog heel veel wat jullie mogen doen. Het examen is nog niet klaar. En nu? Poep scheppen. Van de ratelslang. Niet nog een slang. Ja. Examenonderdeel 2. Oeh. Dit ziet er heel gevaarlijk uit. Dat heb je heel goed gezien, deze is heel gevaarlijk. Hoe gaan we nu zijn hok schoonmaken want hij zit er nog in? Zeker, het is een gifslang en die gaan we er zelf niet uithalen, daar krijgen we wat hulp voor. Moeten jullie ven achteruit. Graag. Hij wordt al actief de slang. Oh! Oe! Ah! Nee! Hij ontsnapt gewoon! Oh pas op! Ohhh joh! Deksel erop! Walter! Dit was een spannende of niet? Ja, dat was grappig. Oke, maar nu dus waar we voor gekomen zijn: poepscheppen. Nou het is maar een schep. Poepen slangen veel? Ze eten een keer per week dus ze poepen ook een keer per week. ZO, kak in het zakkie. Ik zeg opdracht geslaagd. Ruiken. Nou, echt niks. Schoon, opdracht geslaagd. Op naar de volgende. Examenonderdeel 3. Nou hier zijn ze dan, onze zogenaamde monsters. Ik ga het even voordoen en daarna geef ik de taak door aan jullie Wat ik dan altijd doe is fluiten, daar zijn ze op geconditioneerd. Dan hou je deze erin, zonder je handen hierboven te houden. Want dan neemt ie je vingers mee. Heel belangrijk. Goed erdoorheen houden. Lager. Heel goed. Maar deze komt gelijk. Hee! Zo. Hebben we nog een muisje? Nou, we hebben er nog eentje. Je laatste kans. Ja, hij heeft hem bijna. Ja! Heel erg goed! En dat betekent zoals jullie weten, jullie zijn gelaagd! Hoppakee! Lekker. Dit is het certificaat voor reptielen en amfibieën. Weten jullie al of jullie een reptiel of amfibie willen? Ja, het is wel veel gedoe. Ja, wel leuk maar onhandig. En gevaarlijk. Ik ren alvast naar de uitgang. Doei!