Hoe wordt een autoband gemaakt?
Rubber. Het is flexibel. Het stuitert. Het laat geen lucht door. En... het is waterbestendig.
Kortom: een superhandig materiaal. Maar het wordt het meest gebruikt voor: autobanden. Alleen al in Europa zijn er ieder jaar 250 miljoen nieuwe autobanden nodig.
Rubber is een natuurproduct van de rubberboom: de hevea. Onder de bast van die boom zit een witte, kleverige vloeistof. Dat is latex. Door een sneetje in de bast te maken, loopt die latex eruit en kun je het opvangen. Als je dat verder verwerkt, kun je er dikke vellen natuurrubber van maken.
Dit is het natuurrubber uit Azië zoals het hier in de fabriek binnenkomt en gebruik wordt. Het voelt heel plakkerig.
En dit is de doorsnede van zo'n autoband. Als je goed kijkt, zie je dat zo'n autoband uit verschillende onderdelen bestaat. De zijkanten. Het loopvlak. En de binnenkant. Die is extra verstevigd met vezels. En als je goed kijkt ook met staaldraad.
Een rubbermix van autobanden bestaat uit minimaal tien ingrediënten. En een kwart daarvan is natuurrubber. Hier worden al die ingrediënten bij elkaar gegooid, gemengd en opgewarmd tot een stevig mengsel. Elk onderdeel van de band heeft zijn eigen rubberpasta. En hier zie je hoe helemaal automatisch al die onderdelen tot één geheel gemaakt worden. Het is een bouwwerk van verschillende rubbermixen.
Nu is die band nog zacht en warm. En als ik een beetje mijn best doe, dan kan ik hem ook uit elkaar plukken. Maar na de volgende stap kan dat niet meer. Hier worden de banden tien minuten lang gebakken op 180 graden. En ook pas dan wordt het profiel erin geperst en krijgt de band zijn vaste vorm. Vulkaniseren noem je dat.
Hij is klaar. En dan heb je een mooi stevig, elastisch bandje.