Fruit op Tafel
Plussommen tot en met vijf
Vandaag oefenen we plussommen met… Bananen, peren, en sinaasappels. Zijn jullie klaar? Rekenen maar!
Goed, ik wil graag 3 bananen in de fruitschaal. Er liggen er al 1, 2. Hoeveel moeten er nu bij voor 3 bananen? Ja, inderdaad, 1 banaan erbij! Dat is 1, 2, 3 bananen. 2 + 1 = 3.
Hee, net waren er nog drie bananen! Nu is er nog maar één. Een paar bananen hebben zich verstopt…. Hoeveel bananen moeten erbij om weer 3 bananen te hebben? Ja, 2 bananen erbij. Dan hebben we weer 1, 2, 3 bananen. 1 + 2 = 3.
Op naar de peren. Ik ben op zoek naar 4 peren. Er liggen er al 1, 2 in de fruitmand. Hoeveel moeten er nog bij als ik 4 peren wil? Ja, 2 peren erbij. Dan hebben we 1, 2, 3, 4 peren. 2 + 2 = 4.
Hee, er zijn een paar peren weg. Net waren er nog 4 en nu ligt er nog maar 1 peer in de fruitmand. Hoeveel moeten erbij om weer 4 peren te krijgen? Ja, zo is het, 3 peren erbij. Kijk: 1, 2, 3, 4 sappige peren. 1 + 3 = 4.
Nu zijn de sinaasappels aan de beurt. We gaan op zoek naar 5 sinaasappels. Ik heb er al 3 in de fruitmand liggen. Hoeveel moeten er nog bij als ik 5 sinaasappels wil? Jep, twee sinaasappels erbij. 1, 2, 3, 4, 5 sinaasappels. 3 + 2 = 5.
Hee, er hebben zich een paar sinaasappels verstopt! Net had ik nog 5 sinaasappels. Nu ligt er nog maar 1 sinaasappel in de fruitmand. Hoeveel sinaasappels moeten erbij om er weer 5 te hebben? 4. Daar zijn ze weer. 1, 2, 3, 4 sinaasappels hebben zich verstopt en samen met de sinaasappel die er al is, is dat 5 sinaasappels. 1 + 4 = 5.
Geweldig! Allemaal goed! Super gedaan, mijn fruitjes.